Middeleeuwse dwangburchten van West-Friesland en Alkmaar
[Home][Kaart][Introductie][English ][Burchten/kastelen chronologie][Overige objecten][Artikelen][Pre-Hollandse periode][Gegevens- en bronnen]

[Terug naar inhoud chronologie]      [Home]

Kasteel de Middelburg in de 16e eeuw.

Verwoesting

← De Middelburg in de 15de eeuw
De Middelburg in de 17de, 18deeeuw en 19de

Vernietiging van een burcht.

Graafschap Holland onder het Spaans-Habsburgse huis (1515)
Grote Pier en trawanten vernietigen de Nieuwburg en Middelburg
Nog tijdens de ambtsperiode van Jan Gerritsz. van Egmond, was 1517 het jaar dat het einde van de Nieuwburg en de Middelburg betekende. In zijn haat tegen de Hollanders en tot genoegen van Karel van Gelre (ironisch genoeg ook een telg uit het geslacht van Egmond!: Karel van Egmond, 1467-1538), die werd gedreven door expansiedrift, vond er een interventie plaats van Friese en Gelderse troepen in West-Friesland, waarbij Medemblik als eerste werd geplunderd en in brand werd gestoken. In hun verdere tocht door Holland, deden ze ook de stad Alkmaar aan en vernietigden in het voorbijgaan ook de Nieuwburg en de Middelburg. Dit gebeurde mede onder leiding van Grote Pier. Deze ongeregelde bende van Friese en Gelderse huurlingen, kreeg de naam de 'Zwarte Hoop'. Na het plunderen van de kastelen werden ze vervolgens in brand gestoken. Dit had gevolg dat er niets meer van deze machtige kastelen overbleef dan twee ruïnes.

Belonje citeert hierbij rentmeester Adriaan Stalpart (10 januari 1546)(Lit. 8):

"..twee huysen off burgen, die te staen plaegen buyten ende omtrent de stede van Alcmaer, d'eene genaempt die Nyenburg [de Nieuwburg], daerinne een bailliu van der Nyenburch te resideren plach, ende d'ander die Middelburch, daerinne een rentmeester van Kennemerlant ende Westvrieslandt zijn domicilium houdende was, ende die bij den Gelderschen Vryesen in den jaer XVC ende zeventhien naer zy die steden van Medemblick ende Alcmaer ingenomen ende gepilleert hadden, afgebrant zijn geweest.."

[Voor meer over Grote Pier lees dan de artikelen: Grote Pier. Een historisch relaas over een Fries krijgsheer en Grote Pier en de Arumer Zwarte Hoop in 1517. Een verslag uit Hollandse en Friese historische bronnen.]

Wat nu te doen met de restanten van de kastelen. Acht jaar lang heeft men hierover gepiekerd, maar uiteindelijk gaf de Rekenkamer opdracht aan de rentmeester van Kennemerland om de Nieuwburg en Middelburg te laten afbreken. De stenen zouden netjes worden afgebikt en verzameld zodat zij nog geld konden opbrengen. Van het bedrag zou 2/3 deel naar Karel V (van Habsburg) gaan. De arbeiders die de klus zouden klaren zouden de rest krijgen (11 augustus 1525).

Ook in die tijd bestond er een marktwerking: voor deze klus meldde zich niemand, want de opbrengs van 1/3 voor de arbeiders was wel heel erg karig. Toen het aandeel van de arbeiders werd verhoogd, ging Willem Cornelisz. uit Haarlem aan de slag en in mum van tijd waren de kastelen grotendeels afgebroken. De fundering was blijven zitten, maar ook een deel bovengronds. In 1528 kocht de stad Alkmaar deze restanten van de rentmeester en sloper voor 20 pond. Er was wel een voorwaarde aan deze koop verbonden: de overeenkomst werd ontbonden als het niet mogelijk was om de stenen van de fundering er heel uit te krijgen.

Het duurde tot 4 september 1541 tot de burgemeesters van Alkmaar ontdekten dat de fundering uit 'gegoten werk' bestond, zodat de stenen niet los te krijgen waren. En gelukkig maar, daarom zijn de resten van de funderingen in onze tijd weer teruggevonden! Maar de koop werd natuurlijk ongedaan gemaakt. De totale rekening is in 1546 opgemaakt, zoals blijkt uit het document van rentmeester Adriaan Stalpart in 1546. De volledige transcriptie van deze rekening is voor deze website beschikbaar: Rekening van rentmeester Adriaan Stalpart van de verkoop van steen, cement, ijzer en andere zaken, na de sloop van de Middelburg en Nieuwburg

Het beleg van Alkmaar
Vijf jaar na het begin van de Tachtigjarige Oorlog in 1573 nam het Spaanse leger Haarlem in. Met dezelfde bedoeling trokken ze op naar Alkmaar en gingen over tot belegering van de stad. Dit beleg duurde van 21 augustus tot en met 8 oktober 1573, maar liep uit op een complete mislukking. De stad kon op de laatstgenoemde datum worden ontzet, nadat Diederik van Sonoy, geuzenleider en gouverneur van het Noorderkwartier van Holland, in opdracht van Willem van Oranje, de dijken rond Alkmaar liet doorsteken. Het stijgende water en de ondergelopen delen van het omringende land bemoeilijkte het om de belegering vol te houden, waarna de Spaanse troepen zich terugtrokken.

Vanzelfsprekend speelden de grafelijke kastelen de Nieuwburg en de Middelburg al lang geen militaire rol meer. Op de afbeelding hieronder toont een voorstelling van het beleg. Op een fragment van deze gravure zijn duidelijk een tweetal ruïnes te herkennen. Twee gebouwrestanten zijn duidelijk herkenbaar, die van de Nieuwburg en van het nabije Carmelitenklooster. Duidelijk herkenbaar, is de dijk die de huidige Munnikenweg vormt. De restanten van de Middelburg, die zich iets ten westen (links) van het klooster bevonden, zijn niet op deze afbeelding zichtbaar.

Beleg van Alkmaar. Anonieme ets (1680)Detail van bovenstaande gravure van het beleg van Alkmaar.
Anoniem (1680): Beleg van Alkmaar 1573
(Regionaal Archief Alkmaar, PR 1004104_2)
Detail van de nevenstaande afbeelding.

De Middelburg op de kaart
Vanzelfsprekend speelden zowel de Nieuwburg als de Middelburg al lang geen militaire rol meer. Er is een aantal cartografen die het terrein van de Middelburg op een kaart hebben getekend, waarop enkele restanten zijn te zien. Niet echt detailrijk, maar geeft mogelijk toch enige nuttige informatie. We zien een kringvormige structuur, hetgeen van het grachtenstelsel van de Middelburg bekend is. Daarnaast kunnen we hieruit opmaken dat na 1517 enige restanten van het kasteel zijn overgebleven. In de twee voorbeelden hieronder van details op de kaarten van Cornelis Drebbel (1597) en van L. Pietersz. herkent men twee grotere bouwresten (1570). Het is wellicht mogelijk dat dit de restanten van hoofdburcht en de barbacane zijn (resp. links, de westzijde en rechts, de oostzijde).

<
Detailuitvergroting van een kaart van Cornelis Drebbel (1572-1633) uit 1597.
(Regionaal Archief Alkmaar, PR 1005036)

Nogmaals het perceel met de ruïne van de Middelburg op een kaart van L.Pietersz uit 1570 van het Zwinsmeer (Zwijnsmeer) ten noorden van Alkmaar (noord is links). (Klik hier voor een vergroting). Onder ligt een perceel (nr. 1728) met de naam 'De Laeghe Cleyne Hoffweide', hetgeen eveneens een 'hoge' en/of 'grote Hofweide' doet veronderstellen. De rechterafbeelding toont een datail.
Bron: Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken. LEI001001748.

← De Middelburg in de 15de eeuw
De Middelburg in de 17de, 18deeeuw en 19de

Geraadpleegde bronnen en literatuur:
(Lit. 5, J.W. Groesbeek, p. 219, 220)
(Lit. 8, J. Belonje, p. 35)

[Vorige][Volgende] [Home]