Middeleeuwse dwangburchten van West-Friesland en Alkmaar
[Home][Kaart][Introductie][English ][Burchten/kastelen chronologie][Overige objecten][Artikelen][Pre-Hollandse periode][Gegevens- en bronnen]

[Terug naar inhoud chronologie]      [Home]

Kasteel Radboud in 20ste eeuw

Een tweede omvangrijke restauratie

Nieuwe functies

(Revisie 17-08-2023)
← Kasteel Radboud in de 19de eeuw
Kasteel Radboud in de 21ste eeuw →

Aan het einde van de 19e vond er een grondige restauratie van het kasteel plaats. Feitelijk werd het kasteel weer opnieuw opgetrokken, immers het buitenwerk was geheel vernieuwd. Ook werd de zuidwestelijke ronde toren weer vanaf de fundering weer opgebouwd. Na de restauratie werd het kasteel in gebruik genomen door Justitie: tot 1934 was er een kantongerecht gevestigd.

Kasteel Radboud ca. 1930. Met op de voorgrond de oorspronkelijke 17e eeuwse stadswal
Kasteel Radboud ca. 1930. Op de voorgrond is nog de oorspronkelijke 17e eeuwse stadswal te zien.
(Prentbriefkaart: Medemblik, collectie Herman Bos).

Daarna begon de gemeente Medemblik zich te ontfermen over de omgeving van het kasteel. Vanaf 1908 stond pal voor het kasteel enkele gemeenteloodsen en iets later gebouwen van de conservenfabriek van Kooy en Trompetter. De ontsierende gebouwen van deze fabriek brandde in 1931 volledig af. In 1936 ging de gemeente Medemblik over tot het aankopen van alle overgebleven ontsierende bouwsels en deze vervolgens te slopen. Zo werd de ruimte rondom het kasteel weer groter. In het kader van de werkverschaffing tijdens de economische crisis van de jaren '30, werden veel werkzaamheden rond het gebied van het kasteel uitgevoerd. Zo werden de grachten weer uitgegraven, waardoor het oorspronkelijk grondplan van de burcht weer duidelijk naar voren kwam. Daarbij werd ook weer een deel van de fundering van noordwestelijke toren opgemetseld (zie de afbeelding hierhonder).

De ontsierende gebouwen van de Conservenfabriek Kooy en Trompetter (1908-1931) die pal voor het kasteel waren neergezet. Uit de collectie van www.medenblik.nl.

De fundering van de noordwestelijke toren werd in 1938 opgemetseld.
De fundering van de noordwestelijke toren, die tijdens het uitgraven van de gracht na de sloop van de verbrande conservenfabriek in 1931 werd ontdekt, werd in 1938 voor een deel opnieuw opgemetseld.
(Medemblik, collectie J. Struik), (Lit.32)

Twee krantenknipsels. Links uit de Schager Courant van 14 april 1937 en rechts uit de Alkmaarse Courant van 24 maart 1938. (Collectie Bernd Ooijevaar)

Tijdens de Tweede Wereldoorlog had het kasteel een zeer bijzondere taak. In het diepste geheim werd de 'Nachtwacht', het beroemde schilderij van Rembrandt van Rijn, vanuit het Rijksmuseum in Amsterdam naar Medemblik vervoerd. Dit was nodig om het kunstwerk uit handen van de Duitsers te houden. Het schilderij vond in het kasteel een veilig onderkomen. Niet gedurende de gehele oorlogsperiode, want spoedig daarna werd het naar elders verplaatst. Na de bevrijding in 1945, werd het schilderij weer naar het Rijksmuseum terug gebracht.

Vanaf het einde van de 19de eeuw toen het kasteel in gebruik werd genomen door het kantongerecht, is het kasteel zelfs een eeuw lang bewoond geweest. Aanvankelijk door degene, die de rechtbank beheerde en zijn gezin, en kort na de verhuizing van de rechtbank in 1934, door de familie Bakker. Deze bewoning duurde tot 1962, voor het begin van de tweede grote restauratie van het kasteel. Na deze restauratie hebben Henk en Ina de Beer in het kasteel gewoond. Daarna gedurende zeven jaar werd de burcht bewoond door Chris Geusebroek, totdat de vrijwilligers van het kasteel in (2006?), de ruimte gingen beheren.
(Zie het artikel van Marijan Bakker: Bewoning van kasteel Radboud in de 20e eeuw)


Vanaf 1964 tot en met 1966 vond er opnieuw een restauratie plaats, ditmaal onder leiding van de Haagse architect J. Holstein, dhr. Tromp (opzichter) en H. de Lussanet de Sablonière van de toenmalige Rijksgebouwendienst (RGB)/Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Dit vond zeer grondig plaats en op basis van de laatste 'wetenschappelijke kennis'. Hoewel het laatste niet helemaal goed gelukt is. In 1963 stond het op de rol om de werkzaamheden uit te voeren, maar vanwege de extreem strenge winter van dit jaar werd pas in maart 1964 met de sloop- en bouwwerkzaamheden begonnen. In de zomer van 1966 was de oplevering. De kosten waren destijds aanvankelijk begroot op fl.400.000,- , echter nadat het project was afgerond kwam men uiteindelijk op een kostenpost van fl.950.000,- (Lit. 148)(Lit. 149).
Veel van de veranderingen tijdens de restauratie in de 19de eeuw vonden geen genade bij de Rijksdienst, behalve de zuidwestelijke ronde toren die in 1897 door Kuipers werd herbouwd. Zo werd een aantal op fantasie berustte elementen weggehaald of veranderd, die bij de restauratie in de 19e eeuw werden aangebracht. Er werd echter ook een tal van zaken toegevoegd.
De toegangstrap naar de ingang, die loodrecht op de gevel stond, werd vervangen door een trap lángs de gevel. De afmeting van de kantelen, die slechts een decoratieve functie hadden, werd bijgesteld. Sommige neogothische elementen werden verwijderd, waaronder het middelste grote spitsboogvenster van de ridderzaal, samen met het ronde venster daarboven. De schoorsteen aan de westzijde werd verwijderd, ondanks het feit dat deze historisch wel relevant was om deze intakt te laten. Er bestond geen historische grond voor de opbouw van een schoorsteen, zowel aan de noordelijk voorgevel als die aan de zuidzijde van de 'Ridderzaal'. Hetgeen ook geldt voor de bijbehorend haardplaatsen. Daarnaast werd in de Ridderzaal een zoldering aangebracht, die tijdens de werkzaamheden van Kuipers werd weggehaald.
Aspecten van de bouw sinds de 13de eeuw heeft men geprobeerd tot uiting te laten komen, na de vondst van vage sporen van schietgaten. Zo is de suggestie gewekt dat de muren van het oorspronkelijke kasteel mogelijk lager zijn geweest, in de vorm van een ommuurd kampement, alhoewel de bewijzen daarvoor erg mager zijn gebleken. Een aantal verwijderde vensters zijn vervangen door siermetselwerk, die de plaats van deze vensters markeren. (Lit. 150). (Lit. 39)

Ondanks de vele mogelijkheden heeft men tijdens de restauratiewerkzaamheden nauwelijks aan archeologisch onderzoek gedaan. Dat was een grote misser van de RGB. De plaatselijke amateurarcheologen, de predikant Ds. W. Hoogendoorn en dhr. M. Weel hebben de moeite genomen om enige opgravend onderzoek te doen. De enige bekende rapportage hiervan vond plaats door middel van briefwisselingen tussen kastelenarcheoloog prof. J.G.N. Renaud, architect J. Holstein van de Rijksgebouwendienst (RGB) en mede door dhr. W. Hoogendoorn. Deze brieven zouden zijn bewaard gebleven in de archieven van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed (RCE) en de Rijksgebouwendienst. (Lit. 190), doch helaas blijken ze tegenwoordig onvindbaar te zijn.
Bij het uitgraven ten behoeve voor een nog aan te leggen nieuwe trap naar de kelder onder de Ridderzaal werden gestapelde leemplaggen aangetroffen. In de zuidelijke vierkante toren, die aan de oostvleugel grenst, vond men nog een afvalput met voornamelijk rood ongeglazuurd en met loodglazuur bedekt aardewerk. Helaas waren deze op geheimzinnige wijze verdwenen. (Lit. 157). Interessant is wel dat bij het uitgraven onder de huidige meterkast in de kelder van de oostvleugel resten van een houten paalfundering werd gevonden. Er is ook nog gegraven aan de uiterste oostzijde van het slot om een trap en ingang naar de kelder te maken. Tijdens de graafwerkzaamheden waren natuurstenen resten gevonden.

Kasteel Raboud, vanuit twee richtingen en op twee tijdsmomenten gezien:
de zuidoostzijde (boven) en noordzijde (onder), zowel voor als na de restauratie van 1965.
Kasteel Radboud ca. 1930. Met op de voorgrond een deel van de oorspronkelijke 17e eeuwse stadswalKasteel Radboud in 2000!
Kasteel Radboud ca. 1930. Met op de voorgrond een deel van de oorspronkelijke 17e eeuwse stadswal.
(Prentbriefkaart)
Idem in het jaar 2000. De kanteling is in middeleeuwse stijl teruggebracht.
(Foto: Ben Dijkhuis)
Kasteel Radboud in de 30-er jaren van de 20ste eeuw.Kasteel Radboud in 2000!
De noordzijde van het kasteel in de 30-er jaren van de vorige eeuw.Idem in het jaar 2000. Opvallend is de uiteindelijke verwijdering van het middelste spitsvormige raam en het ronde venster in de voorgevel.
(Foto: Ben Dijkhuis)

Alhoewel het bewijs daarvoor zeer zwak is, heeft men tijdens de laatste restauratie de vermeende positie van de oorspronkelijke 13de-eeuwse kantelen en schietgaten, in het metselwerk zichtbaar proberen te maken. Hiermee werd een suggestief historisch beeld geschetst. Op deze foto is dit nog eens met de witte punten geaccentueerd
(Foto: Ben Dijkhuis)
Om de suggestie van een verdwenen lage schildmuur te versterken, zijn aan de muren van de twee vierkante torens bakstenen, in de vorm van zogenaamde 'muizentanden' aangebracht.
(Foto: Ben Dijkhuis)
Een kanonskogel die tijdens baggerwerkzaamheden uit de slotgracht is opgevist. Het is aannemelijk dat deze uit de tijd dateert toen het kasteel nog een militaire functie had. Het laatste wapenfeit was in 1588.
(Foto: Bernd Ooijevaar)

(Zie hier het interview op deze website: Ton Pronk. Metselaar en ooggetuige tijdens de 2de restauratie van kasteel Radboud (1964-1966).)

Na de restauratie heeft het kasteel, naast een bezienswaardige, ook een culturele functie gekregen. In 1989, ruim 55 jaar na de opheffing van het kantongerecht, eind 1933, is men overgegaan tot een reconstructie in de vorm van een museale herinrichting in de toenmalige Wapenzaal (nu: Casteleinskamer). Sinds de 90-er jaren wordt de ridderzaal gebruikt als trouwzaal. De kelder werd ingericht als taveerne voor bezoekers.

Een krantenartikel uit 1989. Uit de collectie van www.medenblik.nl.De museale reconstructie van het kantongerecht (in 2011 omgedoopt in 'Blauwe Kamer') van kasteel Radboud, hoewel de oorspronkelijke rechtzaal in het begin van de 20e eeuw was gesitueeerd in de huidige Burchtzaal van het kasteel. Na de overgang naar de nieuwe eigenaar, Nationaal Monumentenbezit in 2016 kreeg het zijn historische naam terug: 'Casteleinskamer'.
(Foto: Ben Dijkhuis)


In 1990 hebben archeologen (G.J. Alders, R.O.B.) een deel van de funderingen van de Oosterpoort bij het kasteel blootgelegd. Deze poort werd rond 1590 werd gebouwd en in 1857 wegens bouwval gesloopt. Men vond diverse kleuren steen en steenformaten. Oranje en rode kloostermoppen die voor de funderingen werden gebruikt, waarna deze met kleinere gele stenen verder werden opgebouwd. Men vond eveneens de overblijfselen van een gracht die met 16e eeuws materiaal was opgevuld. (Lit. 190)
In de beeldbank van het Westfries archief vindt men enkele foto's, waarop is te zien dat de toenmalige commissaris van de Koningin R.J. de Wit in 1990 een bezoek bracht aan de betreffende locatie.

Zie voor meer foto's van het kasteel en museale functies (1999/2000) in het artikel Kasteel Radboud in Medemblik. Een waterburcht

← Kasteel Radboud in de 19de eeuw
Kasteel Radboud in de 21ste eeuw →

Geraadpleegde bronnen en literatuur:
(Lit.32, J. Struik, p. 61-63)
(Lit. 39, R. Gruben, J. Kamphuis, A. Viersen, p.149,150)
(Lit. 148, C.N Tuender-Nobel, p. 147-157)
(Lit. 149, C.N Tuender-Nobel, p. 129-141)
(Lit. 150, R. Stenvert, et al, p. 426,427)
(Lit. 157, E. Vink, p. 44-46, 54-56)
(Lit. 190, J. van Leeuwen, p. 67-68,88,89)
Mondelinge mededelingen door dhr. T. Pronk tijdens mijn interview met hem op 8 augustus 2023.

[Vorige][Volgende][Home]


Breng een bezoek aan Kasteel RadboudMeer over Kasteel Radboud! (situatie 2000)